Vervullen van Laatste Wensen: Een Eer en Troost

Devotional

Sermon Summary

Sermon Clips


In 1981, dat is wel een tijd geleden, ben ik de opleiding in gegaan, de ouderwetse A -opleiding, misschien voor sommigen van jullie bekend. Daarom had ik het genoeg om Els Borst, onze toenmalige minister van Volksgezondheid, een hand te mogen geven. En die leerde mij, de patiënt staat centraal. Inmiddels in de loop der jaren is het leven wel iets anders veranderd. En kan ik u mededelen, dat de patiënt helaas niet echt meer centraal staat. [00:46:04]

En dan heb ik eigenlijk gelijk het sprongetje gemaakt naar onze stichting, waar de patiënt dus zeker centraal staat. Maar ook nog eens een keer de regie heeft over zijn of haar dag. Want wat doen wij als stichting Ambulance Wens? Ik zal eerst vertellen hoe die ontstaan is. Ongeveer in 2007 hadden wij Kees Veldboer. Kees Veldboer was een ambulancechauffeur. [00:46:38]

En die moest een oude zeekapitein, Mario genaamd, naar een behandeling brengen in het Erasmus. Door omstandigheden ging die behandeling niet door. Maar die ambu was wel de hele middag eigenlijk gereserveerd voor die Mario. Dus, zei Kees Veldboer, wat zullen we gaan doen? Nou, zei die Mario, eigenlijk wil ik nog wel heel graag een keertje het water op. En die man was echt terminaal wat dat betreft. [00:47:03]

En toen is het idee ontstaan door Kees aan de keukentafel met zijn vrouw Ineke. Ik ga gewoon een stichting beginnen. Om te zorgen dat iemand zijn laatste wens, de één ding wat hij nog heel graag wil doen, dat ik dat kan verzorgen. Als iemand dat niet met regulier vervoer kan, of medische zorg nodig heeft, of wat dan ook. Het eerste jaar heeft hij gewoon de ambulance geleend van zijn werk. [00:48:02]

Nou, inmiddels hebben wij tien ambulances die in principe iedere dag rijden. We hebben vrijwilligers. En dat zijn ongeveer een kleine 200 verpleegkundigen. Varierend van zorg. De ene heeft de intensive care en de andere werkt in een verzorgingstehuis. En afhankelijk van de patiënt die je meeneemt, wordt dat een beetje aangepast aan de zorg die de patiënt nodig heeft. [00:49:00]

We zitten door het hele land heen. Dus zeg maar 190 verpleegkundigen. 110 chauffeurs. En je gaat altijd met een chauffeur en een verpleegkundige. De mensen, of moeten de mensen, de patiënten die in de auto zitten, die hebben gratis. Alles gratis. En wij zijn afhankelijk van donaties. En dan ga ik nu even heel richting zeer speciaal voor ons ontworpen. Want het is niet zomaar een ambulance. [00:49:30]

Een gemiddelde wens is 450 euro. Ongeveer. Maar wij rijden ook op het buitenland. Want we hebben ook contact met 13 landen om ons heen. Waar onze oude ambulances naartoe gaan. En die hebben vaak niet zoveel ritjes. Dus dan kunnen die auto's gewoon nog heel goed gebruikt worden. Ja, wat heeft u wel eens nagedacht over wat je eigenlijk nog een keer zou willen doen? [00:50:23]

Eigenlijk, ja, palliatieve zorg nodig. En dan is de vraag, wat zou ik nog één keer willen? Nou, dat verschilt heel erg. Gewoon even naar huis. Je ligt al weken in een ziekenhuis. En je wilt toch even naar huis. Naar je hondje toe. Of je wilt naar het strand. Of je wilt heel graag nog naar de visclub. Waar je jaren iedere zaterdag kwam. [00:50:53]

En dan ga ik nu even heel richting zeer speciaal voor ons ontworpen. Want het is niet zomaar een ambulance. We hebben de hele binnenkant verwerkt met leuke kleurtjes en dingetjes. We hebben bijvoorbeeld een matras die dubbel zo dik is dan normaal in de ambulance. Ik weet niet of u wel eens ooit in de ambulance gelegen heeft. Maar dan heb je echt wel pijnierig als je daar uitkomt. [00:49:52]

En dan hebben we de spoedwens. En dat is een beetje de kracht van onze stichting. Als u nu belt en zegt, ja maar mijn vader is zo slecht en hij wil nog heel graag hierheen of daarheen. Dan hebben we binnen een uur een ambulance beschikbaar en een vrijwilliger. En dan in dit geval twee, een chauffeur en een verpleegkundige. [00:55:03]

Je zag echt aan die man, die brachten wij thuis. En je zag, nu is het goed. Nu kan ik me gewoon laten gaan. Ze had dat niet gedaan. En dan had die man gewoon niet in zijn eigen omgeving kunnen overlijden. Dus dat is het mooie. Iedereen denkt, nou, mensen die gaan sterven. Oud, versleten, noem maar op. Maar wij doen ook dit soort dingen. [00:56:16]

We kunnen de mensen niet beter maken, maar we kunnen wel een mooie dag bezorgen. En alle foto's die je ziet, er zijn die mensen alleen maar met een lach op hun gezicht. Deze twee mensen hebben dat voor mekaar gekregen. Kees Veldboer en Ineke Veldboer. En helaas is hij er niet meer en Ineke is er nog steeds. En die doet zeker nog hier en daar wat in het kantoor. [01:05:47]

Ask a question about this sermon