God's Presence in Our Brokenness and Vulnerability
Devotional
Day 1: God is dichtbij op onverwachte plekken
God kent ons hart en ontmoet ons vaak juist op momenten en plaatsen waar we Hem het minst verwachten. Zoals Jacob, die op de vlucht was en zich verloren voelde, maar juist daar in zijn kwetsbaarheid Gods nabijheid ervoer. Het is niet wanneer alles op rolletjes loopt, maar juist in onze onzekerheid, twijfel en gebrokenheid dat God spreekt en zich laat zien. Hij zegt: “Ik ben met je, ik zal je niet loslaten.” Ook als wij niet weten hoe het verder moet, blijft Hij trouw aanwezig. [41:16]
Genesis 28:10-17 (NBV21) 10 Jakob vertrok uit Berseba en ging op weg naar Charan. 11 Op een van de plaatsen waar hij onderweg overnachtte, bleef hij slapen, omdat de zon al was ondergegaan. Hij pakte een van de stenen die daar lagen, legde die onder zijn hoofd en ging op die plaats slapen. 12 Toen kreeg hij een droom. Hij zag een ladder die op de aarde stond en tot aan de hemel reikte. Engelen van God gingen daarlangs omhoog en omlaag. 13 Boven aan die ladder stond de HEER, die zei: ‘Ik ben de HEER, de God van je vader Abraham en de God van Isaak. Het land waarop je nu ligt te slapen zal ik aan jou en je nakomelingen geven. 14 Je zult zoveel nakomelingen krijgen als er stof op de aarde is. In alle richtingen zullen ze zich uitbreiden, naar het westen en het oosten, naar het noorden en het zuiden. Door jou en je nakomelingen zullen alle volken op aarde gezegend worden. 15 Ikzelf sta je terzijde, ik zal je overal beschermen, waar je ook heen gaat, en je naar dit land terugbrengen. Ik zal je niet verlaten, ik zal doen wat ik je heb beloofd.’ 16 Toen werd Jakob wakker. ‘Werkelijk,’ zei hij, ‘de HEER is op deze plaats, en ik wist het niet!’ 17 Eerbied vervulde hem. ‘Wat een ontzagwekkende plaats is dit,’ zei hij. ‘Dit is niets anders dan het huis van God, dit moet de poort van de hemel zijn!’
Reflectie: Op welke onverwachte plek of in welk moeilijk moment van je leven heb jij Gods nabijheid ervaren, of kun je vandaag bewust zoeken naar Zijn aanwezigheid juist daar waar je het niet verwacht?
Day 2: Jezus herkent in het breken van het brood
Jezus verschijnt na zijn opstanding niet als een ongenaakbare held, maar als iemand met littekens, die honger heeft en vraagt om een stukje vis. Hij wordt herkend in het gewone, in het delen van brood, in de kwetsbaarheid van het samen zijn. Het geloof draait niet om perfecte woorden of dogma’s, maar om het herkennen van Jezus in het alledaagse, in het gebroken brood en in de gebrokenheid van mensen om ons heen. [39:34]
Lucas 24:36-43 (NBV21) 36 Terwijl ze nog aan het vertellen waren, kwam Jezus zelf in hun midden staan en zei: ‘Vrede zij met jullie.’ 37 Verbijsterd en door angst overmand, meenden ze een geest te zien. 38 Maar hij zei tegen hen: ‘Waarom zijn jullie zo ontzet, en waarom komen zulke gedachten in jullie op? 39 Kijk naar mijn handen en mijn voeten, ik ben het zelf! Raak me aan en kijk goed, want een geest heeft geen vlees en beenderen zoals jullie zien dat ik heb.’ 40 Daarna toonde hij hun zijn handen en zijn voeten. 41 Omdat ze het van vreugde nog niet konden geloven en stomverbaasd waren, vroeg hij hun: ‘Hebben jullie hier iets te eten?’ 42 Ze gaven hem een stuk geroosterde vis. 43 Hij nam het aan en at het voor hun ogen op.
Reflectie: In welk alledaags moment of in welke ontmoeting met een ander kun jij vandaag Jezus herkennen en Hem ruimte geven aan tafel in jouw leven?
Day 3: Recht doen, trouw zijn en wandelen met God
De profeet Micha vat samen wat God van ons vraagt: recht doen, trouw zijn en nederig wandelen met God. Het geloof is niet ingewikkeld; het vraagt om concrete daden van rechtvaardigheid, trouw en bescheidenheid in ons dagelijks leven. Dit is de kern van wat het betekent om God te volgen: niet alleen geloven met woorden, maar leven met daden die recht doen aan anderen en aan God. [20:00]
Micha 6:6-8 (NBV21) 6 ‘Waarmee zal ik de HEER tegemoet treden, mij buigen voor de hoge God? Zal ik hem tegemoet treden met brandoffers, met eenjarige kalveren? 7 Zal de HEER tevreden zijn met duizenden rammen, met tienduizenden beken olie? Moet ik mijn oudste zoon geven voor mijn wandaden, de vrucht van mijn schoot voor mijn zonden?’ 8 Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de HEER van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God.
Reflectie: Welke concrete stap kun jij vandaag zetten om recht te doen of trouw te zijn aan iemand in jouw omgeving?
Day 4: De opstanding is een weg om te gaan
De opstanding van Jezus is geen dogma om alleen in te geloven, maar een uitnodiging om een weg te gaan: naar buiten, naar de ander, naar plekken van gebrokenheid en nood. Het vraagt om moed om niet weg te lopen van het lijden, maar er juist naartoe te gaan, om te delen, te breken en hoop te brengen waar het donker is. Zo wordt de kerk geen museum van herinnering, maar een werkplaats van hoop. [45:37]
Johannes 20:21 (NBV21) 21 Jezus zei opnieuw: ‘Vrede zij met jullie! Zoals de Vader mij heeft uitgezonden, zo zend ik jullie.’
Reflectie: Naar welke plek of persoon buiten je comfortzone word jij vandaag gezonden om hoop of nabijheid te brengen?
Day 5: God blijft bij ons, dwars door alles heen
Het mooiste van Pasen is niet dat wij bij God blijven, maar dat Hij bij ons blijft, wat er ook gebeurt. Zijn trouw en nabijheid zijn niet afhankelijk van onze prestaties of ons geloof, maar van Zijn liefde die ons nooit loslaat. In momenten van onzekerheid, verlies of twijfel mogen we rusten in de belofte: “Ik ben met je, ik zal je niet loslaten.” [49:09]
Jesaja 41:10 (NBV21) 10 Wees niet bang, want ik ben bij je, vrees niet, want ik ben je God. Ik zal je versterken, ik zal je helpen, je steunen met mijn onoverwinnelijke rechterhand.
Reflectie: Op welk gebied van je leven heb jij vandaag nodig om te vertrouwen dat God je niet loslaat, en hoe kun je dat vertrouwen concreet maken in je gebed of handelen?
Sermon Summary
God is dichtbij, zelfs als we Hem niet verwachten of als we op plekken zijn waar we liever niet zouden zijn. Soms komen we samen met vreugde, soms met vermoeidheid of leegte, maar God ziet ons zoals we werkelijk zijn. We hoeven geen maskers te dragen of te presteren; we mogen gewoon zijn, kinderen van God. In de verhalen van Jacob en de leerlingen na Pasen zien we hoe God zich openbaart op onverwachte momenten en plaatsen. Jacob, op de vlucht en zonder hoop, krijgt een droom waarin God hem belooft niet los te laten. De leerlingen herkennen Jezus pas als Hij het brood breekt, als Hij met zijn littekens en honger bij hen aan tafel zit. God komt niet als een ongenaakbare held, maar als iemand die onze gebrokenheid deelt en nabij wil zijn.
Het geloof is niet bedoeld om ons af te zonderen van de wereld, maar juist om ons naar buiten te sturen, naar de plekken waar nood is, waar mensen lijden, waar honger en eenzaamheid zijn. Paus Franciscus was een voorbeeld van iemand die het evangelie niet alleen verkondigde, maar het ook leefde door aanwezig te zijn bij de mensen aan de rand van de samenleving. Jezus vraagt ons niet om perfecte geloofsbelijdenissen, maar om nabijheid, om te delen, om te breken en te dienen. De opstanding is geen dogma, maar een weg die we mogen gaan, een uitnodiging om God te herkennen in het gewone, het gebrokene, het onverwachte.
We worden uitgenodigd om Pasen niet te laten eindigen met mooie woorden of liederen, maar het te laten beginnen met een eenvoudige daad: een visje delen, een tafel openen, een gebed voor de ander. Onze gemeente mag geen museum zijn, maar een werkplaats van hoop, waar we durven te buigen, te breken, te geloven, zelfs als we onzeker zijn. Want juist op de plekken waar we niet wilden zijn, opent zich de hemel en klinkt de belofte: “Ik ben met je, ik zal je niet loslaten.” Dat is de kracht van Pasen: niet dat wij bij God blijven, maar dat Hij bij ons blijft, dwars door alles heen.
Key Takeaways
1. God openbaart zich vaak op onverwachte momenten en plaatsen, juist als we ons verloren of kwetsbaar voelen. Zoals bij Jacob, die in zijn diepste onzekerheid een droom kreeg waarin God hem nabij was, mogen ook wij erop vertrouwen dat God ons niet loslaat, zelfs als we Hem niet verwachten. [41:16]
2. Jezus verschijnt na zijn opstanding niet als een ongenaakbare held, maar als iemand met littekens, honger en behoefte aan nabijheid. Dit laat zien dat het goddelijke zich niet verschuilt achter perfectie, maar juist zichtbaar wordt in kwetsbaarheid en het delen van het gewone leven. [39:34]
3. Het geloof vraagt niet om een perfecte belijdenis of onwankelbare zekerheid, maar om de moed om nabij te zijn, te delen en te dienen. Jezus nodigt ons uit om Hem te herkennen in de gebrokenheid van de wereld en in de honger van onze naaste, niet alleen in de verheven momenten. [46:18]
4. De beweging van Pasen is niet naar binnen of omhoog, maar naar buiten en opzij: naar de ander, naar de wereld in nood. Zoals paus Franciscus het voorleefde, worden we geroepen om een kerk te zijn die niet leeft voor zichzelf, maar voor de wereld, zichtbaar in daden van hoop en liefde. [47:46]
5. Juist op de momenten en plekken waar we niet wilden zijn, kan de hemel zich openen en klinkt Gods belofte: “Ik ben met je, ik zal je niet loslaten.” Het is niet onze trouw aan God die het laatste woord heeft, maar Zijn trouw aan ons, dwars door alles heen. [49:09] ** [49:09]
Pasen is geweest, de zon kwam op, de bloemen bloeiden, de liturgie zong van het leven, de paaskaars brandt nog. Maar de eerste slag van het feest van de symbaal is uitgeklonken. De dagen zijn, al zou ik het eigenlijk anders willen zien, toch weer gewoon, net als toen. Toen Jezus opstond en niemand het begreep. Toen vrouwen terugkwamen van het graf en de leerlingen zich opsloten uit angst. Toen hij ineens opdook bij twee mensen op weg naar huis. Gedesillusioneerd. Verdrietig ook. [00:38:12]
Dat is wat we vandaag horen in Lukas. Twee leerlingen, niet de bekendsten, vertellen dat hij met hen meeliep. Ze herkenden hem pas bij het breken van het brood. En terwijl ze daarover praten met de anderen, staat hij er ineens weer, midden tussen hen in. Geen engelengezang, geen rookmachine, gewoon, hebben jullie hier iets te eten? Dat is Jezus. Geen ster, geen superheld. [00:39:20]
Hij komt niet terug met een oude riool, maar met littekens. En hij is hongerig. Hij wil een visje. Hij wil weer bij hen aan tafel. Hij wil geen geloofsbeleidenis. Maar een stukje gewoon menselijk leven. De leerlingen schrikken zich rot. Ze denken dat ze een geest zien. Want wie rekent erop dat God zo dichtbij komt? Dat hij met zijn gehavende lichaam zomaar je huis binnenstapt. [00:39:51]
En dan Genesis. Jacob, ook niet bepaald een held. Een hiederlichter. Geen man van geloof. Een vluchteling op de vlucht voor zijn broer. Gestrand in niemands land. Met een steen als hoofdkussen. Daar krijgt hij een droom. Een ladder naar de hemel. Met engelen. Die neergaan en oplopen. En bovenaan God zelf die zegt. Ik ben met je. Ik zal je niet loslaten. [00:40:32]
Jacob schrikt wakker. De Heer is hier. En ik wist het niet. Dat is het soort momenten waarop God spreekt. Niet wanneer alles klopt. Wanneer alles op rolletjes loopt. Maar als je op een plek bent waar je liever niet zou zijn. Als je het gevoel hebt dat je niks meer in handen hebt. Dat je niet weet hoe je verder moet. En dan ineens. Een stem. Een droom. [00:41:20]
Een brood dat gebroken wordt. Dat is wel een taf. Dat is wel een droom. En iemand die zegt, ik ben bij je. Ik kan er deze week ook niet omheen. Dit jaar, net na Pasen, sterft paus Franciscus. De man die zich probeerde zo min mogelijk te verheffen boven anderen, koos voor die nederige naam van Franciscus van Assisi. De man die liever in een volkswijk wandelde, dan in een pauselijk paleis woonde. [00:41:53]
Die om een erehaag vroeg van de verschopten bij de Maria Maggiore. Die sprak over migranten als broeders. Zelf afreisde naar Lampedusa om daar die morele ramp te zien. Hij sprak over armoede als een wond in het lichaam van Christus. Over een aarde als ons gemeenschappelijk huis dat we mishandelen. Geloof me, voor mij zullen we niet horen zeggen dat de paus Franciscus perfect was. Maar hij liet wel iets zien van wat het betekent om Jezus te volgen in deze tijd. [00:42:33]
Hij sprak niet alleen over de opstanding, hij zocht haar op. In de gevangenis, in de vluchtelingenkampen. Op plekken waar mensen uit het zicht vielen. En dat is wat de kerk nodig heeft. Geen machtswoorden, maar breekbaar brood. Geen gouden tronen of tiara's, maar littekens die laten zien, we zijn geraakt. We zijn niet onverschillig. Franciscus geloofde niet in een kerk die veilig binnen de muren blijft. [00:43:21]
Hij zei, ik wil een kerk die er vuil en gehavend uitziet, omdat ze de straat op is gegaan. Hij geloofde in wat Jezus vandaag doet. Terugkomen. Niet om te stralen, maar om te breken. Om mee te eten. Om ons vrede toe te wensen. En dan te zeggen, ga het maar doen. Deel dit. Leef dit. [00:44:01]
We vieren met Pasen met mooie woorden, met vertrouwde liederen, waar het gloria zo hoog mogelijk klinkt. Maar Jezus vraagt, wil je mij herkennen in de gebrokenheid, in de rommeligheid van een ziekbed, in de vluchteling bij het hek, in de buurvrouw die niemand ziet, in de visser zonder vangst, de moeder zonder dak, het kind zonder eten. De opstanding is geen dogma om in te geloven. Het is een weg om te gaan. [00:44:38]
Jacob had geen idee wat hem overkwam. En toch bouwt hij daar een altaar. Op die plek van angst. Hij zegt, dit is een poort van de hemel. En die hemel opent zich niet ergens boven hem, maar midden in zijn twijfel. Midden in het moment van het leven waar hij verloren is. Alle zekerheid van zijn ouderlijk huis kwijt is. De bescherming van zijn clan. [00:45:32]
Als een eenzame reiziger moet hij op zoek naar de volgende veilige haven. En Jezus dan, de leerlingen hadden hem al doodverklaard. En dan staat hij daar, met zijn verwonden lichaam. En hij zegt niet, geloof dit over mij, onderschrijf deze artikelen van het geloof. Hij zegt, kom maar dichterbij, raak me maar aan. [00:45:58]
Hij vraagt geen perfect geloof. Hij vraagt nabijheid. En hij eet. Omdat hij honger heeft. Omdat hij geen idee is, maar een levende, tastbare, kwetsbare mens. Zo wil hij onder ons zijn. Dat is de kern van ons geloof. Niet dat Jezus ooit leefde. Niet alleen dat hij is opgestaan. Maar dat hij zich laat zien in ieder lichaam dat honger heeft. In iedere ziel die op zoek is. [00:46:28]
Paus Franciscus had geen boodschap aan een geloof dat alleen in de hemel wil wonen. Hij vroeg zich af, wie zijn wij, als we Christus eren in de kerk, maar hem negeren op straat. Als we bidden om vrede, maar zwijgen als wapens spreken. Als we zingen over liefde, maar geen tijd maken voor eenzame. Hij wist, je hoeft geen theoloog te zijn om het evangelie te leven. [00:47:15]
Je hoeft alleen maar die stem van Jezus te horen die zegt, vrede zijn met jullie. En dan, zoals de Vader mij zendt, zo zend ik jullie. Dat is de beweging van Pasen. Niet omhoog, maar opzij. Niet naar binnen, maar naar buiten. Niet weg van het lijden, maar moedig ernaartoe. [00:47:46]
En ik ben dankbaar dat Franciscus ons iets heeft laten zien van een kerk die niet leeft voor zichzelf, maar voor de wereld. Zoals Jezus zelf, die zegt, heb je wat te eten? Want als je geen oog hebt voor de honger van je buur, heb je de opgestane Christus nog niet herkend. [00:48:25]
Beste mensen, ik nodig jullie uit om het niet bij woorden te laten blijven. Laat Pasen niet eindigen met een lied. Laat het beginnen met een visje. Met een uitnodiging aan tafel. Met het herkennen van God op onverwachte plekken. Laat onze gemeente geen museum van herinnering zijn, maar een werkplaats van hoop. [00:48:54]
Laat ons durven buigen, durven breken zoals Jezus, durven geloven zoals Jacob, zelfs als we niet zeker zijn. Want soms staan we daar, op een plek waar we niet wilden zijn. En dan opent zich de hemel. En dan opent zich de hemel. Dan zegt Hij, ik ben met je, ik zal je niet loslaten. [00:49:10]
En misschien zijn dat wel de mooiste woorden van Pasen. Niet dat wij bij Hem blijven, maar dat Hij bij ons blijft, dwars door alles heen. Amen. [00:49:39]
We hebben namelijk een paar, we hebben verschillende soorten profeten. In de Hebreeuwse Bijbel heb je de klassiek, de Tenach, dat staat voor de Torah, voor de Neveim en de Getofim. En dat betekent de wet, de geschriften en de profeten en dan de geschriften. En bij die profeten, we gaan even geen vliegtuigjes gooien, je mag hem even hier brengen. Oké. Mag ik misschien even de profeten op het scherm? [00:18:25]
Hosea, Joël, Amos, Obatja, Jona en dan Miga, de zesde inderdaad. Ja. De zesde profeet is Miga. En Miga, die heeft eigenlijk wat God van ons gevraagd heeft, heel eenvoudig samengevat. Wat vraagt de Heer nog meer van ons dan dat we recht doen en trouw zijn en wandelen op zijn weg? Miga hoeft er niet. [00:20:22]